Edgar: Goeie smorgens Jos.
Jos: Goeie morgen deze morgen, Edgar. Hè, hi, hi...
Jos: Ik stond vanmorgen net op de tramhalte.
Edgar: Tjezus, ja. Hi, hi..
Jos: Kom ik een vriend van me tegen.
Edgar: Oh.
Jos: Ja.
Edgar: Ja.
Jos: Die staat op de tramhalte met een pinguin.
Edgar: Een pinguin..
Jos: Ja.
Edgar: Tjezus.
Jos: Zeg ik tegen die vriend van me, die pinguin die moet je mee naar Artis nemen, joh.
Edgar: Ja tuurlijk.
Jos: Zegt ie: daar ben ik al geweest, maar daar vond ie niks an.
Edgar: Hi, hi, hi. Da's natuurlijk niet echt waar. Hi, hi, hi.
Jos: Zo..
Edgar: Eh, wat heb jij d'r op?
Jos: Nou, es even kijken.
Edgar: Hééé. Leverworst.
Jos: God, wat heb ik nóu zeg. Ansjovis.
Edgar: O.
Jos: Inktvis ringetjes.
Edgar: Zo, dat is bizonder.
Jos: Die zijn zeker in de winkel al geringd. Dat ze ze kunnen volgen, weet je wel.
Edgar: Hi, hi, hi... Chocolade pasta.
Jos: Nou nog een beetje....
Edgar: Hagelslag.
Jos: Nou, het is weer niet veel soeps.
Edgar: Ik hou het. Hi, hi..
Jos: Ja?
Edgar: Ja
Jos: Geen uitwisseling? Moet je nou es kijken, Edgar.
Edgar: Zeg, hi, hi, hi..
Jos: Wat ze me nou weer meegegeven heeft.
Edgar: Hi, hi, hi. Druiven, ik zie het.
Jos: Druiven.
Edgar: Ja..
Jos: Nou-uh, voor mij is het zo hè, alleen als er een etiket op staat enne oogst 1986 gebotteld, weet je wel. Dan drink ik hem nog wel op. Ik zeg altijd maar eh, Rio-nee kun je krijgen en Rio-ja heb je.
Toedeledokie!
Edgar: Toedeledokie. Hi, hi, hi...
Edgar: Zeg, eh, Jos.
Jos: Ja.
Edgar: Het is heel gek misschien. Maar eh, ik zag net iets heel raars.
Jos: Nou, vertel op eh.
Edgar: Volgens mij heb je twee verschillende schoenen aan.
Jos: Wat zeg je me nou, man!
Edgar: Twee verschillende schoenen.
Jos: Ach, nee.
Edgar: Echt waar.
Jos: Dat kan niet. Laat es kijken.
Edgar: Hi, hi, 1 april! Hi, hi, hi..
Jos: Zeg.. zullen we even eh bij de directie eh 1 april?
Edgar: Denk jij wat ik denk?
Jos: Ja, let op.
Kom op.
Even kijken, de directie, dat is 65.... Ja, let op.
Zo.. ja, verbinding. Neem jij hem, joh.
Edgar: Nee, nee!
Jos: Ja!
Edgar: Nee, ben je gek, joh!
Jos: Ja! Neem nou.
Edgar: Nee, neem hem zelf!
Jos: Wat..
Edgar: Nee, ik doe het niet! Jij wist toch een leuke grap.
Jos: Ja.... eh, hallo met de directie? Eh, d'r is wat aan de hand met uw wagen.
Edgar: Tjezus!
Jos: Toen u hem ging parkeren. Ja. De wielen draaiden.
Edgar: 1 april!
Edgar: Wacht eens even.
Jos: Wat.
Edgar: Voordat juffrouw Jannie binnen komt.
Jos: Ja.
Edgar: Ik heb een hele goeie.
Jos: Ze komt er zo aan.
Edgar: Dat wordt lachen, jongen.
Edgar slaat de scharnierpennen uit de deur...
Jos: O, wacht even, dan ga ik ondertussen...
Hé, Edgar. Ja, ga door, ga door.
Kijk, let op. Zelfklevende aan twee kanten dubbele kit. Je weet wel..
Edgar: Tjezus.
Jos: Oh, man, die blijft hier tot Sint Juttemis vastzitten. In ieder geval tot aan de volgende april. O, kom op, daar komt ze al aan!
Edgar: Gauw zitten, man, net doen alsof je niks weet.
Jos: Nee, we zijn heel erg aan het werk.
Edgar: Fuu, fuuut..
Juffrouw Jannie komt met deur en al binnen...
Edgar: Hi, hi, hi, 1 april juffrouw Jannie.
Juffrouw Jannie: Goede smorgens, de heren.
Edgar: Goeie smorgens..
Jos: Goeie morgen deze morgen, juffrouw Jannie.
Edgar: Hi, hi, hi. Zo, die hele deur, zeg..
Juffrouw Jannie: Het is vandaag roomboter melange met koffie.
Edgar: Zo, nou, dat is lekker.
Jos: Dat is een hele geestige melange, juffrouw Jannie.
Edgar: Heerlijk, hi, hi, hi..
Jos: Zo'n lekker bakkie lust ik wel.
Edgar: He! Wacht even.
Jos: Wat?
Edgar: Voordat Storm binnen komt. Het is goddomme.. Hij komt altijd precies om zes minuten voor half elf! Ik weet een goeie.
Jos: Wacht even.
Edgar: Ja, kom op. Hi, hi, hi. Dat wordt lachen, joh.
Samen zetten ze de flapover voor de deur...
Jos: Zet 'm goed Edgar.
Edgar: Nou, eens kijken, hij is altijd stipt...
Edgar en Jos: Tien, negen, acht, zeven, zes, vijf, vier, drie, twee, een, nul ....
Jos: We hebben blijkbaar...
Storm valt struikelend over de flapover binnen...
Edgar: 1 april, Storm! Hi, hi, hi, hi, hi..
Storm: Hè, Hè. Hij was wel leuk.
Edgar: Zo, dat hele ding om, zeg.
Storm: Is bijna mijn hele middenvoetsbeentje verbrijzeld.
Edgar: Hi, hi, hi. Ja, lachen hè.
Storm: Maar je bent wat gewend hoor.
Edgar: O ja?
Storm: Ja jongen, bij de commando's jongen, daar word je op hardheid getest.
Edgar: O ja, is dat zo?
Storm: Bij de commando's jongen, dat was voor ons altijd een soort sport. Dit is gewoon kinderspul, hè, wat jullie doen.
Edgar: O ja?
Storm: Ik begrijp het wel, 1 april grapjes maken, hè juffrouw Jannie.
Wat wij hebben gedaan indertijd bij de commando's, dat was: die heette Klaas Vaak de Ongelukkige. Elke dag ronkte die tot tot tot tot tot viér uur door en die moest om drie uur al op. Ik lach daarom.
Ja, Edgar, dat zou jij eens mee moeten maken.
Edgar: Ja, ik geloof je, ik geloof je.
Storm: Toen hebben we dat hele bed van hem opgetild om twee uur 's nachts, 20 graden vroor het toen, en zo in een vijver gezet. De volgende ochtend konden ze zijn tenen amputeren! Da's pas lachen, da's pas lachen!
Dat is allemaal in een laboratorium aangetoond, dat als je je tenen niet hoeft te verliezen, dat je ze gewoon in je mond moet stoepen, stoppen. Maar dat wist die jongen niet, ja. Als jij je vinger afsnijdt, dan moet je hem meteen in je mond stoppen, dan kunnen ze hem in het ziekenhuis nog aannaaien.
En dat zijn allemaal wetenswaardigheden.
Edgar: Dat weet ik niet, zulk soort dingen.
Jos: Haal het maar uit de muur, dat moet hij gedacht hebben.
Edgar: Ik weet wel een keer, toen was het 29 maart.
Storm: Zo.
Edgar: 29 maart, weet je wel. Dan denk je, dan zetten ze je op een dwaalspoor, weet je wel. Maar dat is toch behoorlijk dicht tegen de 1 april aan, dacht ik zo.
Storm: Ja. Zo.
Edgar: Dus ik zit voor de televisie, dan is de trekking van de staatsloterij, weet je wel.
Storm: O.
Edgar: En dan komt ineens.. Verschijnt zo'n cijfer op het beeld en ik kijk op mijn lot: 25.000 gulden, ik kijk op mijn lot, nou, ik denk, dat is precies hetzelfde cijfer wat ik op mijn lot heb. Maar ja, het was dicht tegen 1 april. Dus ik denk, toedeloe, weet je wel. Nou, daar hadden ze niet van terug, hoor! Ik heb mooi niet gereageerd, jongen!
Lachen jongen. 1 april, ja daaag, weet je wel. ...
Jos: Dat is zo goed hè, wat ze allemaal doen op het journaal of in de krant. Dan maken ze altijd zo'n soort 1 april grap van die of die komt daar en die komt dan helemaal niet.
Edgar: Hi, hi, hi..
Jos: Toen stond er in de krant bij ons in het park vlakbij waar wij wonen: gratis geld uitdelen. D'r wordt gratis geld uitgedeeld! Nou, wij met een mannetje of zes op het balkon staan, want ik had het natuurlijk al lang door.
Edgar: Hi, hi, hi..
Jos: Jongen, en het pleurde van de regen. Stonden ze daar als verzopen katten zo met de handen te kijken van waar dat geld dan kwam. En er kwam helemaal niets, nee.
Edgar: Nee.
Jos: Nee, natuurlijk niet.
Storm: Da's wel een leuke.
Edgar: Zeg, eh, Jos, heb jij het niet ineens heel erg koud. Brrrr.., ik begin het een beetje koud te krijgen.
Jos: Ja, een beetje bibberig.
Edgar: Jammer dat dat elektrische kacheltje het niet meer doet.
Jos: Maart roert zijn staart en april doet van brrril brrril.
Storm: Ja, dat heb je met die watjes hè, als jullie. Waarschijnlijk nooit een gedegen opleiding gehad.
Edgar: Storm, dat kacheltje, dat het niet doet.
Storm: Welk kacheltje?
Edgar: Dat kacheltje daarachter, dat is jammer.
Storm: Dat kacheltje. Goh, wat leuk zeg. Dat is een oud wippertje.
Edgar: Een piepertje?
Storm pakt het wippertje en zet het op het bureau van Edgar...
Storm: Ja, die gebruikten ze in de oorlog hè. Die wippertjes, zo noemden ze die toen, en die konden dan.. Zonder snoer functioneerden die dingen ook heel goed. Je moest hem eigenlijk aanblazen. Dan gingen hierachter kooltjes in als ie het verdomde, en als ie 't deed, dan kon je hem dus aanfietsen. Want hij was gelijk geschakeld met de energiebron van een fiets, dus je kon er 230, 240 op zetten.
Jos: Storm heeft er verstand van, geloof ik.
Edgar: Ik zou zeggen, kijk maar eens goed, Storm.
Storm: Heb je nog een schroevendraaier ergens, Edgar?
Edgar: Es effe rustig sleutelen, joh. Of je er iets aan kan, eh, of je er iets aan kan, eh, doen.
Jos: Edgar.
Edgar: Een, twee, drie, go!
Terwijl Storm het kachteltje vast houdt, gooit Edgar een emmer water over hem heen en steekt Jos de stekker in het op het net aangesloten verlengsnoer...
Jos: Jaaaah..
Jos en Edgar: Hi, hi, hi, 1 april, 1 april, 1 april!
Juffrouw Jannie: Ga es weg, ongelukkige, ben je gek, ongelukkige, meneer Storm! Ongelukkige.
Juffrouw Jannie haalt de stekker uit het verlengsnoer...
Edgar: Storm, hoe vond je hem?
Storm: Hi, hi, hi. Ik vond hem goed! Hi, hi, hi.
Jos: We kunnen de bammetjes op hem roosteren.
Edgar: Hè, hè, wat leuk hè. Hoe vond je die?
Storm: Maar je bent wat gewend als je bij de commando's heb gezeten. 5000 volt is nog niks voor me, man.
Edgar: Ja, dat geloof ik best. Hi, hi, hi..
Edgar: Oh ja, nou herinner ik mee ineens, juffrouw Jannie ...
Juffrouw Jannie: Gaat het weer, meneer Storm?
Edgar: Juffrouw Jannie, Jos, weet je wel, dat ik nog tegen juffrouw Jannie moest zeggen dat ze bij de directie moest komen.
Jos: O, ja. Ja, bij de directie.
Edgar: Ja, u moet bij de directie komen. Het schijnt dat er met met ar.. arbeidsverschuivingen enne...
Jos: En al die niet opgenomen ATV-dagen, die dingen...
Edgar: ATV-dagen en alles, dat de salarissen voor de secretaresses, die gaan met 100 percent omhoog.
Jos: Ja.
Edgar: Ja. Dus u moet nu effe naar de directie.
Jos: Echt waar.
Juffrouw Jannie: Echt waar? Toch niet waar, meneer, meneer Edgar.
Edgar: met 100 procent.
Juffrouw Jannie: Goh, nou, echt waar? Dat heeft u vanochtend gehoord? Zelf gehoord? Goh, dat komt me nu toch goed uit, zeg. Ja, ik ben al maanden aan het sparen want ik wou toch in de paasvakantie, had ik bedacht, dat we dan eindelijk eens een keer met ons drieën gezellig, nou, ergens, gaan picknicken of wat ook. En dat we gewoon, gezellig op een kleed... En had ik al, en bijna had ik al, met aanbetalen, had ik al spullen en dingen gekocht en zo.. En dat het er dan toch ook nog es echt van mag komen. Hè, meneer Storm!
Storm: Ja, dat is leuk, juffrouw Jannie.
Juffrouw Jannie: Nou, dat komt als een geschenk uit de hemel. Echt waar!
Jos: Misschien moet u maar eens even bij de directie gaan vragen...
Juffrouw Jannie: Nou, dat ga ik gelijk maar doen.
Jos: ... van die 100 procent, wanneer dat in gaat.
Juffrouw Jannie: Dan kan ik gelijk een lijst maken wat ik allemaal moet meenemen voor, voor de picknick. Meneer Storm!
Edgar: Zo is dat, juffrouw Jannie.
Juffrouw Jannie: Goh nou, wat een verrassing, zeg. Ik had nooit gedacht dat het er nog in zou zitten. Echt waar niet.
Jos: Zeg, juffrouw Jannie.
Juffrouw Jannie: Ja, meneer Jos?
Jos: Wat voor dag is het vandaag?
Juffrouw Jannie: Ja, dat spreekt vanzelf, 1 april!
Edgar: Hè, hè, hè..
Juffrouw Jannie: Da's lachen hè.
Edgar: Ja, dat is lachen.
Juffrouw Jannie: Ach ja, en zo heb ik ook nog een hele goeie mop. Die heb geleerd toen ik op de meisjesschool zat bij de nonnen.
Edgar: O? O?
Juffrouw Jannie: Kom eens even, voor één keertje maar hè, allemaal op een rijtje hierzo staan.
Edgar: Op een rijtje?
Jos: Ja hoor, op een rijtje.
Storm: Oké.
Jos: Nou, natuurlijk.
Juffrouw Jannie: Nee, da's echtwaar hartstikke geinig. Ja, echt waar. Gewoon zo handen uit de zakken, gewoon, een beetje zo staan.
Jos, Edgar en Storm staan naast elkaar...
Juffrouw Jannie: Jullie zijn er klaar voor?
Edgar: Ja, wij zijn er klaar voor. Dat wordt lachen.
Juffrouw Jannie: Oké, daar gaat ie.
Juffrouw Jannie slaat met één klap alledrie op de wang...
Juffrouw Jannie: 1 april!
Edgar: 1 april.. Hi, hi.
Juffrouw Jannie: Goed, tien, negen, acht, zeven, zes, vijf, vier, drie, twee, een, lunch en nou weg wezen! Schiet op!
Storm: Ja, juffrouw Jannie.
Jos: Goed, dag Jannie.
--------------------------------------------------------------------------------
De Jiskefet Pagina's worden gemaakt
door Javka en Trifkac
