Agenda
Welcomee gast
Het verleden heeft my geleerd,
Iedereen in zijn waarden te laten,
Niemand om hoe hij/zij is te haten,
Het verleden heeft myn ogen geopend,
Om er voor de medemens te zyn,
En te steunen bij verdriet&pijn,
Het verleden heeft mij gemaakt,
Ik ben geworden wie ik ben,
Omdat ik me '' eigen '' ken!
Iedereen in zijn waarden te laten,
Niemand om hoe hij/zij is te haten,
Het verleden heeft myn ogen geopend,
Om er voor de medemens te zyn,
En te steunen bij verdriet&pijn,
Het verleden heeft mij gemaakt,
Ik ben geworden wie ik ben,
Omdat ik me '' eigen '' ken!
Het Nederlands:
1)ik vind, vind jij/jou, jij vindt, hij/zij/het vindt, jullie vinden, wij vinden, u vindt,
2)het is ENIGE, niet enigste,
3)het is jouW beker, auto, pil, stier, etc. (= bezittelijk voornaamwoord),
4)het is: 'Die stier is van hun.', 'Zij zijn de lelijkste.', of 'Ook lelijke stieren zijn voor hen bedoelt.',
5)Indien de vorige zin in verleden tijd wordt geplaatst, wordt het: 'Ook lelijke stieren waren voor hen bedoeld.',
6)Indien de persoonsvorm jij, jou, hij, zij of het is, komt er ALTIJD achter een werkwoord, wat met een d eindigt, een t, dus: 'De zieke stier (= het) lijdt aan schizofrenie.',
7)Werkwoorden in gebiedende wijs, maakt niet uit welke persoonsvorm, zijn ALTIJD zonder een t achter de d, zoals de werkwoorden, worden, vinden, houden etc.: 'Word geen crimineel! De overheid duldt (hier dan weer wel, want dit is geen gebiedende wijs) geen concurrentie.', en 'Vind uw magische stier!',
Bij de overtreffende trap, wordt de zin verbonden met dan, en dus niet met als! 'Die kloten van zijn stier zijn groter(= dus overtreffend) dan die van mij.'. Bij een vergelijking is het dus wel als! 'Maar zijn horens zijn even groot (= vergelijking, hetzelfde) als die van mij.'. Laat dat duidelijk zijn verdomme,
9)Het kost niet duur. Het is duur of het kost veel!
1)ik vind, vind jij/jou, jij vindt, hij/zij/het vindt, jullie vinden, wij vinden, u vindt,
2)het is ENIGE, niet enigste,
3)het is jouW beker, auto, pil, stier, etc. (= bezittelijk voornaamwoord),
4)het is: 'Die stier is van hun.', 'Zij zijn de lelijkste.', of 'Ook lelijke stieren zijn voor hen bedoelt.',
5)Indien de vorige zin in verleden tijd wordt geplaatst, wordt het: 'Ook lelijke stieren waren voor hen bedoeld.',
6)Indien de persoonsvorm jij, jou, hij, zij of het is, komt er ALTIJD achter een werkwoord, wat met een d eindigt, een t, dus: 'De zieke stier (= het) lijdt aan schizofrenie.',
7)Werkwoorden in gebiedende wijs, maakt niet uit welke persoonsvorm, zijn ALTIJD zonder een t achter de d, zoals de werkwoorden, worden, vinden, houden etc.: 'Word geen crimineel! De overheid duldt (hier dan weer wel, want dit is geen gebiedende wijs) geen concurrentie.', en 'Vind uw magische stier!',
Bij de overtreffende trap, wordt de zin verbonden met dan, en dus niet met als! 'Die kloten van zijn stier zijn groter(= dus overtreffend) dan die van mij.'. Bij een vergelijking is het dus wel als! 'Maar zijn horens zijn even groot (= vergelijking, hetzelfde) als die van mij.'. Laat dat duidelijk zijn verdomme,
9)Het kost niet duur. Het is duur of het kost veel!